Interview met Peter Oudejans
Door Roelant Schut
Gevoelens spelen altijd een grote rol bij een Voedselbos, weinig mensen zullen er aan verbonden zijn zonder idealen. Die vormen de hoeksteen van het bestaan ervan. De wens voedsel anders, béter te produceren dan gebruikelijk. De biodiversiteit te vergroten. Maar ook het sociale aspect, het je samen met anderen inzetten voor een goede zaak en daarbij genieten van de sociale contacten. Zelden echter is emotie zo duidelijk zicht- en voelbaar als bij de herinneringsbomen die in het Voedselbos Lingehout geplant kunnen worden. Zoals de berk die Peter Oudejans er laat groeien om de herinnering aan zijn Ina te koesteren.


Peter ontmoet Ina, een Groningse ‘Stadjer’ van 1954, in 1979 en trouwt met haar in juni 1980. Hij leerde haar kennen toen ze een huurwoning betrok bij de woningcoöperatie waarbij hij in Groningen werkte als opzichter. Ina werkte destijds als laborante in Groningen. Beide hebben ze op dat moment al een flinke geschiedenis, met eerdere huwelijken, maar de weg naar hun toekomst slaan ze samen in. Peter merkt op dat ze “allebei een behoorlijke rugzak hadden en toch samen 43 jaar hebben volbracht”.
Peter wordt in 1947 geboren in Wognum in Noord-Holland, in een gezin met acht kinderen. Zijn vader werkt als dagloner bij boerenbedrijven waardoor Peter een stevige agrarische achtergrond heeft. Hij werkt dan ook veelvuldig mee op het land. Naar eigen zeggen heeft hij toen genoeg “in de grond” gewerkt. Nu richt hij zich liever op werkzaamheden “boven de grond”. Dat heeft als gevolg dat hij zijn huidige inzet voor ons Voedselbos Lingehout vooral vorm geeft door werkzaamheden aan de infrastructuur zoals het hek, de kas en de toekomstige schuur. Deze werkzaamheden sluiten ook naadloos aan op de beroepen die hij uitoefende en zijn hobby’s.
Zijn jeugd speelt zich af in een bescheiden omgeving. Door het werk van zijn vader is er weliswaar weinig geld voor luxe, maar eten was er altijd voldoende. Peter heeft moeite om in de klas te leren. Na de lagere school gaat hij naar de LTS, omdat het zijn droom is timmerman te worden. Het loopt anders, via de LTS in Hoorn komt hij terecht bij de Uitgebreide Technische School (UTS, het latere MTS) in Alkmaar, waar hij bouwkunde studeert. Hij wordt, na zijn diensttijd als huzaar, in 1970 tekenaar bij een architectenbureau in Amsterdam en avondstudie aan de Hoger Technisch Instituut (HTI). Omdat hij daar geen geschikte woning kan vinden gaat hij er met zijn eerste vrouw op een woonboot wonen – ook hierbij blijkt Peter een praktisch mens. De woonboot wordt later ingeruild voor een vrachtschip, wat ook makkelijk is bij hun verhuizingen naar Alkmaar in 1974, naar Leiden en terug naar Amsterdam in 1975.
Intussen werkt hij als projectleider bij een ander architectenbureau en heeft hij zich gespecialiseerd in woningrenovatie. Als hij eind 1975 opzichter wordt bij een coöperatie in Groningen, verkoopt hij het schip en koopt een huis Drenthe, in het brinkdorp Roden. Uiteraard wordt dat huis hevig verbouwd, zo is Peter toch nog half-half timmerman. Na hun huwelijk trekt Ina bij hem in.
In 1983 verhuizen Ina en Peter naar Geldermalsen waar hij gaat werken als Hoofd Technische Dienst van de Woningbouwvereniging Volkshuisvesting. In de praktijk houdt dat vooral in dat hij vooral functioneert als projectleider en −manager. Na een korte periode in een huurwoning van de woningbouwvereniging in de Bomenbuurt kopen ze een huis dat gebouwd wordt in de Marijkeweg. Tegenwoordig woont Peter al weer een flink aantal jaren in de Kerkstraat in het centrum van Geldermalsen.
Al deze beroepen en functies zijn weliswaar technisch van aard, maar eigenlijk ligt zijn hart vooral bij het echt praktische (timmer)werk. Dat zal Peter dan ook altijd blijven zoeken en onder andere vormgeven via zijn (fors uit de kluiten gewassen) hobby’s. En nu in ons Voedselbos.
Bij die hobby’s richt hij zich naast sport, vooral op bouwprojecten. Via zijn vrijwilligersstichting Xela realiseert hij deze bouwprojecten na zijn vervroegde pensioen in 2008, deels eigenhandig. Dit zowel in Hongarije, een kindervakantiekamp, als in Guatemala, een praktijkschool. Met deze stichting en de daaraan verbonden werkzaamheden kan Peter helemaal zichzelf zijn, beter nog dan in zijn vroegere werk. Hier kan hij zich dienstbaar maken en praktisch helpen. Of zoals hij het zelf formuleert “Xela, dat bén ik”. Ook Ina speelt hierin een belangrijke rol, zij wordt voorzitter van de stichting.
Dan slaat in januari 2019 het noodlot toe, als bij Ina darmkanker wordt geconstateerd. Na een intensieve behandelperiode volgt in augustus 2022 het slechtnieuwsgesprek. En daarna gaat het snel, vijf weken later overlijdt ze. In deze periode is Ina meer nog dan eerder het draaipunt in Peters’ bestaan. Andere zaken raken tijdelijk op de achtergrond, ook het werk dat Peter dan al voor ons Voedselbos verricht. Hij heeft de tijd nodig om alles wat gebeurd is te verwerken.
Tijdens die verwerking neemt Peter de beslissing het Voedselbos te betrekken bij de afsluiting van het eerste jaar na Ina’s dood. De herinneringsboom in het voedselbos zal als gedenkplaats symbool staan voor Ina en Peters’ afscheid van haar.